Mogelijk gemaakt door:

Zink

Alle cellen in ons lichaam hebben zink nodig (voor bijvoorbeeld energieproductie, celdeling en celdifferentiatie) en naar schatting 10% van alle lichaamseiwitten hebben bindingsplaatsen voor zink (veelal voor stabilisering van de eiwitstructuur). Zink is essentieel voor de activiteit van meer dan 300 (metallo)enzymen (die uiteenlopende biochemische reacties katalyseren) en meer dan 2000 transcriptiefactoren (zogenaamde zinkvingereiwitten, die de genexpressie reguleren). Ook is zink betrokken bij de communicatie tussen cellen (intercellulaire signalering) en de signaaloverdracht in cellen (intracellulaire signalering). In de hersenen speelt zink een rol bij de zenuwprikkeloverdracht en neuronale plasticiteit (het vermogen van hersenweefsel zich te herstellen en herstructuren). Daarnaast hebben zinkionen directe antimicrobiële activiteit.

Een goede zinkstatus is onder meer belangrijk voor groei en ontwikkeling, hersenfunctie (cognitie, gedrag, stemming), immuunsysteem, antioxidantsysteem, stofwisseling van eiwitten, koolhydraten en vetten, wondheling en weefselvernieuwing, botstofwisseling, (exocriene, endocriene) pancreasfunctie, hartfunctie, schildklierfunctie, vruchtbaarheid, bloedstolling, darmbarrièrefunctie en zintuigfunctie (zien, ruiken, proeven).

Door het ontbreken van zinkreserves kan een te lage zinkinname met de voeding al binnen enkele weken leiden tot (reversibele) gezondheidsproblemen zoals vermoeidheid, huiduitslag, een verhoogde infectiegevoeligheid en groeivertraging.

Bronnen

Vlees, gevogelte, zeevoedsel, zuivel, (ongeraffineerde) granen, bonen, noten en zaden. Met name eiwitrijke voedingsmiddelen (van dierlijke herkomst) bevatten veel zink.

Tekenen van een mogelijk tekort

Huidaandoeningen, verminderde reuk- en smaakzin, gebrek aan eetlust, vertraagde groei en ontwikkeling bij kinderen, verminderde weerstand, diarree, alopecia, ontstoken tong, nageldystrofie, trage wondheling, vermoeidheid, emotionele en mentale problemen, depressie, impotentie, verminderde vruchtbaarheid, dermatitis, nachtblindheid, bloedarmoede. Een zinktekort vergroot de kans op hart- en vaatziekten en (leeftijdsgerelateerde) maculadegeneratie. 

Indicaties

  • Zinktekort
  • Vegetarisch/veganistisch voedingspatroon (tot 50% hogere zinkbehoefte)
  • Infecties (verkoudheid, acute en chronische diarree, luchtweginfecties, oorontsteking, hiv/aids, herpes, tuberculose, malaria, shigellose)
  • Verminderde weerstand bij ouderen (hogere zinkbehoefte)
  • Auto-immuunziekten
  • Aften
  • Mucositis bij radiotherapie
  • Maagzweer
  • Lekkende darm
  • Coeliakie
  • Inflammatoire darmziekten (ziekte van Crohn, colitis ulcerosa)
  • Huidaandoeningen (acne vulgaris, rosacea, psoriasis, dermatitis, operatiewonden, (brand)wonden, decubitus, zweren, acrodermatitis enteropathica, morfea (gelokaliseerde sclerodermie), melasma)
  • Hidradenitis suppurativa (chronische ontsteking haarzakjes, met name in liezen en oksels)
  • Alopecia
  • ADHD
  • Autismespectrumstoornis
  • Anorexia nervosa
  • Depressie, angststoornis
  • Premenstrueel syndroom, dysmenorroe
  • PCOS (polycysteus ovarium syndroom)
  • Verminderde vruchtbaarheid
  • BPH (benigne prostaathyperplasie, goedaardige prostaatvergroting)
  • Metabool syndroom
  • Diabetes type 1 en 2, diabetische neuropathie
  • Hypothyreoïdie, ziekte van Hashimoto
  • Bloedarmoede (mede door zinktekort)
  • Sikkelcelziekte
  • Leeftijdsgerelateerde maculadegeneratie (AMD)
  • Cataract
  • COPD
  • Ziekte van Wilson
  • Osteoporose
  • Dislipidemie
  • Hart- en vaatziekten (atherosclerose, angina pectoris, hartfalen, ischemische cardiomyopathie, ziekte van Raynaud, ischemische beroerte, pre-eclampsie)
  • Neurodegeneratieve ziekten, hersenletsel, epilepsie
  • Kanker(preventie)
  • Chronische nierziekten
  • Chronische leverziekten (waaronder chronische hepatitis C, levercirrose, alcoholische leverziekte)
  • Chronische ontstekingsziekten

Contra-indicaties

Niet bekend (met inachtneming van genoemde maximale doseringen)

Gebruiksadviezen

  • Algemene onderhoudsdosering: 15 mg zink per dag
  • Algemene therapeutische dosering: 15 tot 45 mg zink per dag
  • Maximale therapeutische dosering (gedurende een beperkte periode): 1 mg zink per kilogram lichaamsgewicht per dag (deze dosering geldt als de 'acceptable daily intake' (ADI), in 1982 vastgesteld door de FAO/WHO)
  • Vrouwen die zwanger zijn of borstvoeding geven wordt aangeraden niet meer dan 25 mg zink per dag (uit voeding en voedingssupplementen) in te nemen. 
 
De veilige bovengrens van langdurige inname (UL ofwel Upper Limit) voor zink voor verschillende leeftijdsgroepen is aangegeven in onderstaande tabel.
 
Leeftijd (jaren) Veilige bovengrens inname (UL) zink (mg/dag)
1-3 7
4-6 10
7-10 13
11-14 18
15-17 22
18 en ouder 25 (of 0,42 mg/kg/dag)
Bron: Opinion of the Scientific Committee on Food on the tolerable upper intake level of zinc (SCF/CS/NUT/UPPLEV/62 Final, 19 March 2003)

De maximale therapeutische dosering, die gedurende een beperkte periode (enkele weken tot maanden) kan worden gesuppleerd om de zinkstatus snel te verbeteren, bedraagt 1 mg zink per kilogram lichaamsgewicht per dag. Deze dosis geldt als PMTDI (provisional maximum tolerable daily intake). Bij een dosis zink vanaf 50 mg per dag dient tevens extra koper te worden gesuppleerd om een koperdeficiëntie te voorkomen (zie interacties).

Let bij suppletie met een combinatie van zink en koper op de totale koperinname. De NOAEL (No Observed Adverse Effect Level) voor koper bedraagt 10 mg/dag; langdurige inname van meer dan 10 mg koper per dag kan leverschade veroorzaken. De algemene veilige bovengrens van inname (UL of Upper Limit) voor koper is weergegeven in onderstaande tabel.
 
Leeftijd (jaren) Veilige bovengrens inname (UL) koper (mg/dag)
1-3 1
4-6 2
7-10 3
11-14 4
15-17 4
18 en ouder 5
Bron: Opinion of the Scientific Committee on Food on the tolerable upper intake level of copper (5 March 2003)

Interactie

  • Zinksuppletie gedurende langere tijd (enkele maanden) in een dosis vanaf 50 mg per dag (naast 8-12 mg zink per dag uit voeding) verlaagt de koperstatus door competitieve remming van de intestinale absorptie en verhoging van de renale uitscheiding van koper. Naast zink dient in zo’n geval dan ook koper, bij voorkeur op een ander tijdstip van de dag, te worden gesuppleerd (circa 2-3 mg/dag). Veiligheidshalve kan de koperstatus gemonitord worden en/of bij zulke doseringen ervoor worden gekozen om de ratio tussen zink- en koperinname niet hoger te laten worden dan 10:1 tot 12:1. Bij lagere doseringen of kortdurende suppletie speelt dit niet.
  • De anticonceptiepil, alcohol, cafeïne en diverse medicijnen waaronder ACE-remmers (captopril, enalapril), corticosteroïden, lisdiuretica, thiazide diuretica, chloortalidon, deferoxamine, hormoonpreparaten, valproïnezuur, cholestyramine, ethambutol, opioïden, protonpompremmers en H2-receptorantagonisten kunnen de zinkstatus verlagen. Zinksuppletie kan gewenst zijn.
  • Een zinksupplement kan de opname van NSAID’s (zoals ibuprofen, naproxen, piroxicam, indomethacine), cefalexine, penicillamine, quinolonen, tetracyclines en anti-hiv medicijnen (ritonavir, atazanavir) verlagen, en vice versa. Neem een zinksupplement minimaal 3 uur voor, of minimaal 3 uur na het medicijn in.
  • Kaliumsparende diuretica kunnen de uitscheiding van zink verlagen. Wees voorzichtig met zinksuppletie.
  • Zink kan de insuline-afgifte en insulinegevoeligheid verhogen en de bloedglucosespiegel verlagen. Diabetici dienen hier rekening mee te houden.
  • Zink verhoogt de effectiviteit van reguliere antidepressiva.
  • Eiwitten, knoflook en ui verhogen de zinkabsorptie.
  • Een zinktekort leidt tot een verminderde absorptie en metabolisme van vitamine A.
  • Dagelijkse suppletie met een hogere dosis zink (vanaf circa 53 mg/dag) kan de calcium- en magnesiumstatus negatief beïnvloeden. Zorg voor voldoende inname van calcium en magnesium. Omgekeerd kan een hoge inname van magnesium en calcium de zinkabsorptie verlagen.
  • Neem (hooggedoseerde) ijzer- en zinksupplementen ten minste twee uur van elkaar in; ijzer kan de opname van zink verlagen en vice versa.
  • Zink en DHA hebben synergetische neuroprotectieve activiteit.
  • Zink beschermt tegen neurotoxiciteit van lood (dierstudie).

Veiligheid

Zinksuppletie is veilig in doseringen zoals genoemd onder gebruiksadviezen. Sommige mensen hebben last van maagdarmklachten (zoals kramp, misselijkheid) of een metaalsmaak in de mond na inname van een zinksupplement; dit kan in de meeste gevallen worden voorkomen door zink bij de maaltijd in te nemen.

Zink is relatief non-toxisch en een acute zinkintoxicatie (met pijn in de maagstreek, misselijkheid, verlies van eetlust, buikkrampen, diarree, hoofdpijn) komt zelden voor en treedt meestal pas op bij doseringen boven 150-200 mg per dag. Langdurige inname van te hoge doses zink verlaagt de koperstatus en veel verschijnselen van chronische zinkintoxicatie zijn eigenlijk verschijnselen van een secundaire koperdeficiëntie (immunosuppressie, afname huidpigmentatie, bloedarmoede, verlaagde SOD-activiteit in rode bloedcellen, verlaging HDL-cholesterol, verstoorde hartfunctie, pancreasinsufficiëntie, osteoporose).

Literatuur

1. Prasad AS. Discovery of human zinc deficiency: its impact on human health and disease. Adv Nutr. 2013;4:176-190.

2. Chasapis CT et al. Zinc and human health: an update. Arch Toxicol. 2012;86(4):521-34.

3. Plum LM et al. The essential toxin: impact of zinc on human health. Int J Environ Res Public Health. 2010;7(4):1342-65.

4. Wessels I et al. Zinc as a gatekeeper of immune function. Nutrients. 2017;9(12).

5. Ranasinghe P et al. Effects of zinc supplementation on serum lipids: a systematic review and meta-analysis. Nutr Metab (Lond). 2015;12:26.

6. Sanna A et al. Zinc status and autoimmunity: a systematic review and meta-analysis. Nutrients. 2018;10(1).

7. Olechnowicz J et al. Zinc status is associated with inflammation, oxidative stress, lipid, and glucose metabolism. J Physiol Sci. 2018;68(1):19-31.

8. Skrovanek S et al. Zinc and gastrointestinal disease. World J Gastrointest Pathophysiol. 2014;5(4):496-513.

9. Zhao J et al. Zinc levels in seminal plasma and their correlation with male infertility: A systematic review and meta-analysis. Sci Rep. 2016;6:22386.

10. Uriu-Adams JY et al. Zinc and reproduction: effects of zinc deficiency on prenatal and early postnatal development. Birth Defects Res B Dev Reprod Toxicol. 2010;89(4):313-25.

11. Petrilli MA et al. The emerging role for zinc in depression and psychosis. Front Pharmacol. 2017;8:414.

12. Vela G et al. Zinc in gut-brain interaction in autism and neurological disorders. Neural Plast. 2015;2015:972791.

13. Choi BY et al. The emerging role of zinc in the pathogenesis of multiple sclerosis. Int J Mol Sci. 2017;18(10).

14. Scientific Committee on Food, Scientific Panel on Dietetic Products, Nutrition and Allergies. Tolerable upper intake levels for vitamins and minerals. European Food Safety Authority, 2006. ISBN: 92-9199-014-0

15. Cabrera ÁJ. Zinc, aging, and immunosenescence: an overview. Pathobiol Aging Age Relat Dis. 2015;5:25592.

16. Tako E ed. Dietary Zn and human health. MDPI open access books & series, 2018. ISBN 978-3-03897-020-0.

Terug