17-04-2016
Inspanningsgeïnduceerde spierschade, spierpijn en stijfheid na het sporten is zelfs bij actieve mensen van invloed op de daaropvolgende trainingen en de activiteiten van het dagelijkse leven.
In een Amerikaanse studie(1) is het effect onderzocht van suppletie met curcumine als Solid Lipid Curcumin Particles (curcumine met een hoge biologische beschikbaarheid*) op spierpijn en (indirecte) biomarkers van spierbeschadiging na krachttraining (van de quadriceps ofwel de vierhoofdige dijspier). De geëvalueerde biomarkers zijn de pro-inflammatoire cytokines TNF-α (tumornecrosisfactor-alfa), IL-6 (interleukine-6) , IL-8 en IL-10 en het enzym creatinekinase (CK), dat verhoogd is bij spierschade en verhoogde spierafbraak.
Achtentwintig deelnemers deden mee aan het onderzoek en kregen curcumine (400 mg/dag) of placebo. De proefpersonen gebruikten het supplement vanaf twee dagen voorafgaande aan de krachttraining tot vier dagen erna. De biomarkers werden voorafgaande aan de training en gedurende vier dagen na de training gemeten. Suppletie met curcumine zorgde voor significant minder hoge waarden van CK (-48%), TNF-α (-25%) en IL-8 (-21%). De onderzoekers zagen geen significante verschillen, vergeleken met placebo, wat betreft IL-6, IL-10 en spierpijn.
Het onderzoek laat zien dat suppletie met curcumine de ontstekingsreactie in het spierweefsel vermindert (mede door remming van het ontstekingsenzym cyclooxygenase-2), maar dat het in deze dosis (en suppletieduur) geen significant effect heeft op de mate van spierpijn na krachttraining. De minder sterke stijging van CK, TNF-α en IL-8 leidt naar verwachting tot een sneller herstel en daardoor betere prestaties tijdens latere trainingssessies. Er is vervolgonderzoek nodig om nog meer inzicht te krijgen in het verband tussen curcuminedosis, ontstekingsmarkers en inspanningsgeïnduceerde spierschade en spierpijn. Hierbij zou men een grotere steekproefomvang kunnen kiezen en de duur van de onderzoeksperiode kunnen verlengen.
Vandaag de dag zijn er veel goede curcuminesupplementen op de markt. De vorm van de curcumine is zeer belangrijk wanneer het gaat om de mate van absorptie en de werkzaamheid. Van gewone curcumine met een lage biologische beschikbaarheid zijn vaak zeer hoge dagdoseringen(1,2) nodig om een fractie te laten ontsnappen aan de inactivatie in de lever. Daarnaast leveren niet alle curcuminesupplementen vrij, bioactief curcumine af aan het bloed(3). Veel gewone curcuminesupplementen leveren inactieve curcuminemetabolieten (zoals curcumineglucuronide) die een minder lange halfwaardetijd hebben en hun werking in het lichaam dus minder lang en goed kunnen uitoefenen. Ook worden ze niet goed geabsorbeerd door de weefsels en hebben ze een lage biologische beschikbaarheid(3). Curcumine verpakt in een vetachtig deeltje, dat is gemaakt van speciaal geselecteerde vetten die normaal in de voeding voorkomen, wordt in de darm in zijn geheel opgenomen en met andere voedingsvetten vervoerd in chylomicronen* via het lymfatisch systeem. Hierdoor wordt inactivatie in de lever omzeilt. De zogenaamde SLCP-techniek (Solid Lipid Curcumin Particles) levert vrij, bioactief curcumine af aan het bloed.
Verklarende woordenlijst
* Biologische beschikbaarheid: een voor het lichaam bruikbare vorm van een bepaalde stof.
* Chylomicronen: grootste soort lipoproteïne (verbinding van specifieke eiwitten en vetachtige deeltjes welke oplosbaar is in water, is betrokken bij transport van vetachtige stoffen). Bestaat voor 99% uit vet en 1% uit eiwit. Transporteert vetten vanuit de darm via de lymfe en het bloed naar de rest van het lichaam.
Referenties
1. Brian K. McFarlin et al. Reduced inflammatory and muscle damage biomarkers following oral supplementation with bioavailable curcumin. BBA Clinical 2016;5:72–78.
2. Nicol LM. et al. Curcumin supplementation likely attenuates delayed onset muscle soreness (DOMS). Eur J Appl Physiol. 2015 Aug;115(8):1769-77. doi: 10.1007/s00421-015-3152-6. Epub 2015 Mar 21.
3. Vikram S. Gota et al. Safety and Pharmacokinetics of a Solid Lipid Curcumin Particle Formulation in Osteosarcoma Patients and Healthy Volunteers. J. Agric. Food Chem., 2010, 58 (4), pp 2095–2099. DOI: 10.1021/jf9024807. Publication Date (Web): January 21, 2010.