27-10-2025
Creatine monohydraat en het brein: nieuwe inzichten voor cognitieve gezondheid bij ouderen Creatine monohydraat is bij velen bekend als supplement dat spiermassa ondersteunt en botgezondheid bevordert, vooral in combinatie met krachttraining. Minder bekend, maar minstens zo interessant, is de mogelijke rol van creatine monohydraat bij cognitieve functies. Juist voor ouderen, bij wie geheugen en verwerkingssnelheid vaak geleidelijk afnemen, biedt dit perspectief. Een recente systematische review bracht de bestaande onderzoeken samen en schetste het huidige inzicht in de relatie tussen creatine monohydraat en cognitieve achteruitgang bij ouderen.
Zes studies, ruim 1500 deelnemers
De review includeerde zes studies gepubliceerd tussen 2007 en 2023, met in totaal 1542 deelnemers van gemiddeld 66 tot 76 jaar. Het betrof overwegend gezonde, thuiswonende ouderen. Twee onderzoeken waren interventiestudies met creatine monohydraat, terwijl vier studies de creatine monohydraat-inname inschatten via voedingsrecalls. De cognitieve functies werden breed geëvalueerd, van algemene testen zoals de Mini-Mental State Examination tot specifieke taken voor geheugen, aandacht en verwerkingssnelheid.
Positieve effecten op geheugen en aandacht
In vijf van de zes studies werd een positief verband gevonden tussen creatine monohydraat en cognitieve prestaties, vooral binnen de domeinen geheugen en aandacht. Ouderen met een hogere creatine monohydraat-inname presteerden beter op taken voor selectieve aandacht, ruimtelijk kortetermijngeheugen en verwerkingssnelheid. Een kortdurende interventie liet zelfs verbeteringen zien in ruimtelijke recall en langetermijngeheugen. Een langdurige 24-weken RCT vond daarentegen geen effect op globale cognitie, wat erop wijst dat de effecten mogelijk domeinspecifiek zijn.
Gunstige potentie, verder onderzoek nodig
De review laat zien dat creatine monohydraat meer is dan een spierversterkend supplement. Het lijkt ook een rol te spelen in het ondersteunen van cognitieve functies bij ouderen. Hoewel het huidige bewijs bemoedigend is, blijft de wetenschappelijke basis nog beperkt door de kleine aantallen studies en uiteenlopende onderzoeksopzetten. Toekomstig onderzoek zal zich moeten richten op goed gecontroleerde, langdurige interventies waarin zowel gezonde als kwetsbare ouderen worden onderzocht. Daarbij is het essentieel om creatine monohydraat concentraties in hersenweefsel daadwerkelijk te meten en leefstijlgerelateerde parameters systematisch mee te nemen. Ook het afstemmen van de dosering op individuele kenmerken, in plaats van één standaardhoeveelheid voor iedereen, verdient aandacht om het cognitieve potentieel van creatine optimaal te benutten. Hoewel er nog vragen openstaan, wijst het huidige bewijs op een intrigerende verbinding tussen energiehuishouding en hersenfunctie bij het ouder wordende brein. Creatine zou weleens een sleutel kunnen vormen tot het behoud van mentale vitaliteit op latere leeftijd.
Referentie
Marshall S et al. Creatine and cognition in aging: a systematic review of evidence in older adults. Nutr Rev. 2025;00:1-12.