Mogelijk gemaakt door:

Behandelprotocol bij laboratoriumuitslag schildklierfunctie (bloedtest)

11-03-2021

Algemene informatie
De schildklier speelt een belangrijke metabole rol in het lichaam. Schildklierhormonen zijn betrokken bij de stofwisseling en regulatie van de lichaamstemperatuur, en ondersteunen bij kinderen de werking van groeihormonen. Een disfunctie van de schildklier kan leiden tot een diffuus klachtenpatroon en een diagnose kan daardoor, met name bij subklinische schildklierfunctiestoornissen, gemist worden. Soms treedt er na een aantal maanden spontaan herstel op. Dit wordt bijvoorbeeld gezien bij postpartum schildklierproblematiek. Verder lijken vrouwen vaker last te hebben van schildklierfunctiestoornissen dan mannen.

Symptomen van een (subklinische) hypothyreoïdie zijn onder andere vermoeidheid, depressie, kouwelijkheid, obstipatie en gewichtstoename. De meest voorkomende oorzaak is de ziekte van Hashimoto, andere mogelijke oorzaken zijn langdurige stress, crashdiëten en een tekort aan macronutriënten en/of micronutriënten door verkeerde eetgewoonten of darmproblemen. Hyperthyreoïdie kenmerkt zich daarentegen door rusteloosheid, ongewild gewichtsverlies, transpireren en diarree. Het kan veroorzaakt worden door struma (een zichtbare of voelbare vergroting van de schildklier), een virale infectie of andere ontsteking van de schildklier. De ziekte van Graves, een auto-immuunziekte, is echter de meest voorkomende oorzaak. Om een goed beeld te krijgen van de schildklierfunctie is het belangrijk om het vrije T4 en T3 te bepalen, omdat alleen dit ongebonden schildklierhormoon beschikbaar is voor de lichaamscellen. Deze bloedtest bepaalt zowel het TSH, vrij T4 als vrij T3.

Testresultaten

Parameter

Optimale waarde

Interpretatie afwijkende waarde

TSH

0,3 – 2,5 mU/L (NB in de reguliere geneeskunde wordt 4,5 mU/L als bovengrens gehanteerd)

<0,3 mU/L subklinische hyperthyreoïdie.

<0,01 mU/L hyperthyreoïdie, waarbij verwijzing naar een arts noodzakelijk is.

2,5 – 10 mU/L subklinische hypothyreoïdie.

>10 mU/L hypothyreoïdie, waarbij verwijzing naar een arts noodzakelijk is.

Vrij T4

12 – 25 pmol/L

Bij subklinische hypo-/hyperthyreoïdie kunnen de schildklierhormoonwaarden nog normaal zijn.

Verhoogd vrij T4 en vrij T3 in combinatie met een verlaagd TSH duidt op hyperthyreoïdie.

Verlaagd vrij T4 en vrij T3 in combinatie met een verhoogd TSH wijst op hypothyreoïdie.

Vrij T3

3,1 – 6,8 pmol/L

Vrij T3/vrij T4-ratio

0,20 – 0,40

Een waarde <0,20 wijst op verminderde perifere omzetting van T4 naar T3.

Behandelplan
De behandeling van subklinische hypothyreoïdie dient gericht te zijn op stressreductie en het herstellen van de nutriëntenbalans. Bij de behandeling van subklinische hyperthyreoïdie is het doel met name om de aanmaak en/of omzetting van actief schildklierhormoon te remmen en te voorkomen dat er nutriëntentekorten ontstaan.

Suppletieadvies
De basissuppletie dient ter aanvulling op een gezond voedingspatroon, bevordert herstel, ondersteunt bij een verhoogde nutriëntenbehoefte en voorkomt het mogelijke ontstaan van tekorten. Basissuppletie kan ook na de behandeling nog ingezet worden ter behoud van een goede gezondheid.

Basissuppletie

Dagdosering

Belangrijkste effecten

Multivitamine-/mineralenpre-paraat, met biologisch actieve B-vitaminen en vitamine K2 (MK-7)

 

B-vitaminen ondersteunen de schildklierfunctie.

Vitamine K werkt synergistisch met vitamine D.

(niet bij hyperthyreoïdie vanwege de jodium in de multi)

Vitamine C

1000 – 3000 mg in 1 – 3 doses verdeeld over de dag innemen.

Sterke antioxidant.

Ondersteunt het behoud van gezonde weefsels.

Vitamine D3 (ter aanvulling op een multi)

25 – 50 mcg, 1 keer per dag (dosis bij voorkeur op geleide van de bloedspiegel).

Ondersteunt de stofwisseling van koolhydraten en vetten.

Ondersteunt het immuunsysteem.

Omega 3-vetzuren EPA/DHA

1000 mg EPA/DHA, 1 keer per dag tijdens een vetbevattende maaltijd innemen.

Helpen het immuunsysteem en bevorderen de stabiliteit van het celmembraan. Ontstekingsremmend.

Vitamine B12 bij een tekort in de voeding

1000 – 2000 mcg per dag in de vorm van methyl- en adenosylcobalamine.

Bij zowel hypo- als hyperthyreoïdie bestaat er een verhoogde kans op een tekort.

Naast basissuppletie kunnen er aanvullende nutriënten geadviseerd worden om bij de behandeling de nadruk te leggen op een te snel werkende- of een te langzaam werkende schildklier.

Aanvullende suppletie bij hypothyreoïdie
Bij een hypothyreoïdie door een jodiumtekort, is gelijktijdige suppletie van jodium en selenium noodzakelijk. Bij een subklinische hypothyreoïdie die veroorzaakt wordt door stress, kan ashwagandha ingezet worden.

Nutriënt

Dagdosering

Belangrijkste effecten

Jodium

150 – 250 mcg per dag gedurende 6 maanden bij een tekort op geleide van de jodiumstatus. Dosering langzaam opbouwen. Daarna 150 mcg per dag als algemene onderhoudsdosering. 

Bij de ziekte van Hashimoto voorzichtig met jodium, niet meer dan 100 mcg per dag (totaal uit voeding en suppletie), ook bij een jodiumtekort.

Essentieel voor de synthese van schildklierhormonen.

Selenium

100 – 200 mcg per dag gedurende 3 – 6 maanden. Daarna moet de hoeveelheid in een multivitamine-/mineralenpreparaat voldoende zijn.

Nodig voor de omzetting van T4 naar T3.

Essentieel voor de jodiumstofwisseling.

 

Myo-inositol

2 x 300 mg per dag.

Ondersteunt de schildklierhormoonsynthese en -activiteit.

Ashwagandha

300 – 600 mg gestandaardiseerd extract met 5% withanolides gedurende 3 maanden.

Verhoogt de weerstand tegen stress.

Stimuleert de schildklier.

Zink

15 – 45 mg per dag, tijdens de maaltijd ingenomen gedurende 3 maanden. Bij langer gebruik is kopersuppletie noodzakelijk.

Ondersteunt de stofwisseling.

Ondersteunt het immuunsysteem.

Vitamine A

400 mcg-RE (retinolequivalenten) per dag, bij een vetbevattende maaltijd, gedurende 3 - 6 maanden.

Belangrijk voor de schildklierhormoonsynthese.

Ondersteunt het immuunsysteem.

Aanvullende suppletie bij hyperthyreoïdie
Geef geen jodium bij hyperthyreoïdie, zelfs geen lage doseringen.

Nutriënt

Dagdosering

Belangrijkste effecten

L-carnitine/acetyl-L-carnitine

1 – 3 gram per dag aan het begin van de dag ingenomen, 1 uur vóór of 2 uur ná een maaltijd.

Carnitine remt de activatie van het  schildklierhormoon en de intracellulaire opname van schildklierhormoon.

Selenium

100 – 200 mcg per dag gedurende 3 – 6 maanden. Daarna moet de hoeveelheid in een multivitamine-/mineralenpreparaat voldoende zijn.

Bij de ziekte van Graves voorzichtig met selenium, niet meer dan 100 mcg per dag (totaal uit voeding en suppletie).

Ondersteunt de omzetting van T4 naar T3.

Vitamine A

4000 IE per dag bij een vetbevattende maaltijd ingenomen. Gedurende 3-6 maanden. Daarna moet de hoeveelheid in een multivitamine-/mineralenpreparaat voldoende zijn.

Door verhoogde behoefte.

Biologisch actief complex van B-vitaminen

Gedurende 3-6 maanden. Daarna moet de hoeveelheid in een multivitamine-/mineralenpreparaat voldoende zijn.

Door verhoogde behoefte.

Ondersteunt de schildklierfunctie.

Leefstijl- en voedingsadviezen
Bij schildklierproblemen door stress dienen de leefstijladviezen gericht te zijn op stressreductie.

Voedingsmiddelen die rijk zijn aan jodium, selenium en zink zijn: kelp, nori, waterkers, paddenstoelen, paranoten, vis en schaaldieren. Rauwe koolsoorten en pinda’s blijken de opname van deze mineralen negatief te beïnvloeden. Vegetariërs en veganisten hebben een verhoogde kans op het ontwikkelen van een tekort aan de genoemde mineralen. Ter ondersteuning van de algehele gezondheid dient men gebruik van suiker en verkeerde vetten te vermijden. Eet drie volwaardige maaltijden per dag, bestaande uit groenten, eiwitten, gezonde vetten en eventueel een vorm van koolhydraten.

Aanvullende laboratoriumtesten
In sommige gevallen kan het nodig zijn om een aanvullende laboratoriumtest af te nemen, u kunt hierbij denken aan de volgende testen:

  • Cortisol/DHEA (speekseltest), als stress de oorzaak is van de schildklierklachten.
  • Jodiumstatus (urinetest), ter bepaling van de jodiumdosering.

Wanneer is een herbepaling zinvol?
Bij het herstellen van metabole en mentale ontregelingen door een verhoogd TSH en/of verlaagde vrij T3/T4-ratio is een herbepaling zinvol na minimaal zes maanden.

Belangrijk
Informatie is bestemd voor beroepsbeoefenaren in de (complementaire) gezondheidszorg. Het is de verantwoordelijkheid van de therapeut om te zorgen voor een adequate behandeling op basis van de gegeven analyseresultaten, te controleren op mogelijke interacties met geneesmiddelen en, indien van toepassing, de cliënt bijtijds door te verwijzen naar een huisarts.

Terug